Dutch edit

Etymology edit

Compound of buitenspel +‎ val.

Pronunciation edit

  • IPA(key): /bœy̯.tə(n)ˈspɛlˌvɑl/
  • (file)
  • Hyphenation: bui‧ten‧spel‧val

Noun edit

buitenspelval f (plural buitenspelvallen, diminutive buitenspelvalletje n)

  1. offside trap
    • 1905 November 3, “R.A.P.—A.V.V. 3—5”, in Het Sportblad. Officiëel orgaan van den Nederlandschen Voetbalbond, volume 13, number 44, page 13:
      Overigens hebben de roodzwarten nog diverse kansen maar ze loopen slag op slag in de buitenspelval die de geelzwarte achterhoede met succes heeft opgezet.
      (please add an English translation of this quotation)