Dutch edit

Etymology 1 edit

From leiden +‎ -ster.

Pronunciation edit

  • IPA(key): /ˈlɛi̯tstər/
  • (file)

Noun edit

leidster f (plural leidsters, diminutive leidstertje n, masculine leider)

  1. female leader, head, chief
    Zij is de leidster van het projectteam en geeft leiding aan de medewerkers.
    She is the female leader of the project team and supervises the employees.
    De leidster van de groep zorgde voor een goed georganiseerde bijeenkomst.
    The female head of the group ensured a well-organized meeting.
    De leidster van het kinderdagverblijf is verantwoordelijk voor de dagelijkse activiteiten.
    The female chief of the daycare center is responsible for the daily activities.
Derived terms edit

Etymology 2 edit

From Middle Dutch leitsterre, equivalent to modern leiden +‎ ster. Cognate with German Leitstern, English lodestar, Old Norse leiðarstjarna.

Pronunciation edit

Noun edit

leidster f (plural leidsterren, diminutive leidsterretje n)

  1. lodestar, pole star