Dutch edit

Pronunciation edit

  • (file)

Participle edit

geabsorbeerd

  1. past participle of absorberen

Declension edit

Inflection of geabsorbeerd
uninflected geabsorbeerd
inflected geabsorbeerde
positive
predicative/adverbial geabsorbeerd
indefinite m./f. sing. geabsorbeerde
n. sing. geabsorbeerd
plural geabsorbeerde
definite geabsorbeerde
partitive geabsorbeerds