Dutch edit

Etymology edit

From regen (rain) +‎ -achtig (-like, -ish).

Pronunciation edit

  • IPA(key): /ˈreː.ɣənˌɑx.təx/, /ˈreː.ɣəˌnɑx.təx/
  • (file)
  • Hyphenation: re‧gen‧ach‧tig

Adjective edit

regenachtig (comparative regenachtiger, superlative regenachtigst)

  1. rainy, prone to rain
    De Noordzeelanden delen een regenachtig gematigd klimaat.
    The North Sea countries share a rainy temperate climate.

Inflection edit

Inflection of regenachtig
uninflected regenachtig
inflected regenachtige
comparative regenachtiger
positive comparative superlative
predicative/adverbial regenachtig regenachtiger het regenachtigst
het regenachtigste
indefinite m./f. sing. regenachtige regenachtigere regenachtigste
n. sing. regenachtig regenachtiger regenachtigste
plural regenachtige regenachtigere regenachtigste
definite regenachtige regenachtigere regenachtigste
partitive regenachtigs regenachtigers

Related terms edit