reddingswerker

Dutch

Etymology

Compound of redding +‎ -s- +‎ werker.

Pronunciation

• IPA^(key): /ˈrɛ.dɪŋsˌʋɛr.kər/

• Audio

  (file)

• Hyphenation: red‧dings‧wer‧ker

Noun

reddingswerker m (plural reddingswerkers, feminine reddingswerkster)

1. A rescue worker.

   De reddingswerkers zochten dagenlang naar overlevenden na de aardbeving.

   The rescue workers searched for survivors for days after the earthquake.

   De moedige reddingswerkster hielp bij het redden van mensen uit het ingestorte gebouw.

   The brave rescue worker assisted in rescuing people from the collapsed building.

   De reddingswerkers riskeren hun leven om anderen te helpen in noodsituaties.

   The rescue workers risk their lives to help others in emergency situations.