Citations:daartevoren

Dutch citations of daartevoren

  • 1833, Carel Maria van der Kemp, Isaac Johannes Dermout, Annaeus Ypey, De eere der Nederlandsche Hervormde Kerk: gehandhaafd tegen Ypey en Dermout: geschiedenis der Nederlandsche Hervormde Kerk, Volume 3, page 30:
    Al eenige jaren daartevoren was zulks geobserveerd bij de kerkelijke vergaderingen hier te lande, waarom daarvan somtijds in de kerkelijke vergaderingen gesproken en gehandeld is geweest, gelijk onder anderen in den jare 1604 in den Synodo tot Woerden, alwaar artikel 34 aldus geschreven staat: [...]
  • 1855, Van Langenhuysen, Handboekje voor de zaken der Roomsch Katholijke eeredienst, Volume 10, page 12:
    De rekening welke de Penningmeester verpligt is jaarlijks, in de maand Maart, over het, op den laatsten December daartevoren, geëindigd dienstjaar, aan het Kerkbestuur in te dienen, moet in duplo worden opgemaakt.
  • 1869, A. A. van Oldenbarneveld, De omwenteling van 1813 te 's Gravenhage: Aanteekeningen naar aanleiding van de bijdragen tot de geschiedenis der revolutie van den hoogleeraar Theod. Jorissen, page 84:
    Dit korps, destijds onder bevel van den voormaligen kommandant der Schutterij, den Heer H. M van der Goes, was met vergunning van den Prefect, den 11en November daartevoren, op daartoe gedaan verzoek van den Kolonel Tullingh opgerigt, toen hij bemerkte, dat, ten gevolge van het inkomen van allerlei berigten, op den 9en November, ten nadeele van Napoleon en omtrent den ongunstigen toestand van zijn leger, de gisting der volksgemoederen al meer en meer toenam.
  • 1916, Club van Nederlandsche Vogelkundigen, Jaarbericht, Nummers 6-9, page 97:
    In de jaren daartevoren bedroeg de oogst daarentegen op zijn allermeest 2 pond of was nul, omdat de vogels de vruchten reeds vóórdat ze rijp waren, afvraten.
  • 1936, Haarlemsche bijdragen: bouwstoffen voor de geschiedenis van het bisdom Haarlem, Volumes 53-54, page 417:
    Wel verre echter, dat aan deze verwachting is voldaan, werd het kerkgebouw aanbesteed, niettegenstaande ik nog bij een schrijven van den 12 Januarij daartevoren aan den toenmaligen pastoor den raad had gegeven om [...]