tussenjaar
Dutch
editEtymology
edittussen (“between”) + jaar (“year”)
Pronunciation
editAudio: (file) - Hyphenation: tus‧sen‧jaar
Noun
edittussenjaar n (plural tussenjaren, diminutive tussenjaartje n)
tussen (“between”) + jaar (“year”)
Audio: | (file) |
tussenjaar n (plural tussenjaren, diminutive tussenjaartje n)