Dutch edit

Etymology edit

From gemeen +‎ slacht +‎ -ig. Compare geslacht.

Pronunciation edit

  • IPA(key): /ɣəˌmeːnˌslɑx.təx/
  • (file)
  • Hyphenation: ge‧meen‧slach‧tig

Adjective edit

gemeenslachtig (not comparable)

  1. (grammar) Of common gender, having no distinction between feminine and masculine.

Inflection edit

Inflection of gemeenslachtig
uninflected gemeenslachtig
inflected gemeenslachtige
comparative
positive
predicative/adverbial gemeenslachtig
indefinite m./f. sing. gemeenslachtige
n. sing. gemeenslachtig
plural gemeenslachtige
definite gemeenslachtige
partitive gemeenslachtigs