See also: verwijden

Dutch

edit

Etymology

edit

From wijder +‎ ver- -en.

Pronunciation

edit
  • IPA(key): /vɛrˈʋɛi̯.də.rə(n)/, /vərˈʋɛi̯.də.rə(n)/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: ver‧wij‧de‧ren

Verb

edit

verwijderen

  1. (transitive) to remove

Conjugation

edit
Conjugation of verwijderen (weak, prefixed)
infinitive verwijderen
past singular verwijderde
past participle verwijderd
infinitive verwijderen
gerund verwijderen n
present tense past tense
1st person singular verwijder verwijderde
2nd person sing. (jij) verwijdert, verwijder2 verwijderde
2nd person sing. (u) verwijdert verwijderde
2nd person sing. (gij) verwijdert verwijderde
3rd person singular verwijdert verwijderde
plural verwijderen verwijderden
subjunctive sing.1 verwijdere verwijderde
subjunctive plur.1 verwijderen verwijderden
imperative sing. verwijder
imperative plur.1 verwijdert
participles verwijderend verwijderd
1) Archaic. 2) In case of inversion.

Derived terms

edit

Descendants

edit
  • Afrikaans: verwyder