draaideurcrimineel
Dutch edit
Etymology edit
Compound of draaideur (“revolving door”) + crimineel (“criminal”).
Pronunciation edit
Noun edit
draaideurcrimineel m (plural draaideurcriminelen, diminutive draaideurcrimineeltje n)
- repeat offender
- 2015 November 24, “Tilburgse draaideurcrimineel voor twee jaar uit de roulatie”, in Brabants Dagblad:
- Een 31-jarige Tilburgse draaideurcrimineel kreeg dinsdag voor twee succesvolle en één mislukte diefstal de zogenaamde ISD-maatregel opgelegd. Met deze maatregel worden veelplegers voor twee jaar ingesloten.
- (please add an English translation of this quotation)