Dutch

edit

Alternative forms

edit

Etymology

edit

Mentioned as early as 1720 by Carolus Tuinman in the sense “stolid, phlegmatic person”.

Pronunciation

edit
  • Audio:(file)

Noun

edit

houten klaas m (plural houten klazen, diminutive houten klaasje n)

  1. stolid, phlegmatic person
    • 2003, Bas Heijne, Het verloren land. Opmerkingen over Nederland, Prometheus, section 99:
      Rosenmöller begreep de implicatie: inderdaad, ‘Surinaamse mensen’ waren spontaner, inniger en hielden er een diep besef van vriendschap op na, waar ‘wij houten klazen’ nog heel wat van konden leren.
      (please add an English translation of this quotation)
  2. stiff, woodenly moving person
    • 2015, Catalijn Claes, Morgenstond. Roman, Uitgeverij Zomer & Keuning.
      ‘Soldaat Weisz.’
      ‘Jawel, luitenant.’
      ‘Sta daar niet als een houten klaas.’
      ‘Wat bedoelt u?’
      ‘Kom in beweging. Een houten klaas kan zijn land niet verdedigen als er gevochten moet worden.’
      (please add an English translation of this quotation)