onherbergzaamheid
Dutch edit
Etymology edit
Pronunciation edit
Audio (file) - Hyphenation: on‧her‧berg‧zaam‧heid
Noun edit
onherbergzaamheid f (uncountable)
- Inclemency, particularly of a landscape.
- Ondanks de onherbergzaamheid van deze bergstreek zijn er toch veel zoogdieren te vinden.
- Although inhospitable, this mountainous area is home to plenty of mammals.
- Ondanks de onherbergzaamheid van deze bergstreek zijn er toch veel zoogdieren te vinden.