getijdenpoel
Dutch
editEtymology
editCompound of getijde + -n- + poel.
Pronunciation
editNoun
editgetijdenpoel m (plural getijdenpoelen, diminutive getijdenpoeltje n)
Compound of getijde + -n- + poel.
getijdenpoel m (plural getijdenpoelen, diminutive getijdenpoeltje n)