invoering

Dutch

Etymology

From invoeren +‎ -ing.

Pronunciation

• (Belgium)

  invoering

  (file)

• Audio

  (file)

Noun

invoering f (uncountable)

1. introduction (e.g. of a currency)

   De invoering van de euro vond plaats in 2002. ― The introduction of the euro took place in 2002.

   De regering overweegt de invoering van een nieuwe belastingregel. ― The government is considering the introduction of a new tax regulation.

   De invoering van deze technologie zal de industrie revolutioneren. ― The introduction of this technology will revolutionize the industry.