medereiziger
Dutch
editEtymology
editPronunciation
editNoun
editmedereiziger m (plural medereizigers)
- fellow traveller
- Synonym: reisgenoot
- Ik ontmoette een aardige medereiziger tijdens mijn treinreis.
- I met a friendly fellow traveller during my train journey.
- Op een groepsreis maak je vaak snel nieuwe vrienden onder je medereizigers
- On a group trip, you often quickly make new friends among your fellow travellers.