Dutch

edit

Alternative forms

edit

Etymology

edit

Borrowed from French tintinophile.

Pronunciation

edit
  • IPA(key): /ˌtɪn.tɪ.noːˈfil/
  • Hyphenation: tin‧ti‧no‧fiel
  • Rhymes: -il

Noun

edit

tintinofiel m (plural tintinofielen)

  1. a Tintin fan
    • 1990 December 10, Philip Freriks, Wim Phylipsen, Jan van der Putten, “Dag in dag uit. Tekenaar Hergé is nu al de „Van Gogh van het stripverhaal“”, in De Volkskrant, page 9:
      Voor tintinofielen kan iets met Kuifje kennelijk nooit lelijk zijn.
      (please add an English translation of this quotation)
    • 1993 December 9, Theo Koelé, "'Zijn hoofd als koekje staan we niet toe, we vinden niet dat je hem mag opeten'", Trouw, section Kunst, page 6.
      ‘De Blauwe Lotus’ is niet alleen voer voor tintinologen, de ware Kuifje-kenners, maar ook voor tintinofielen, de echte liefhebbers.
      (please add an English translation of this quotation)
    • 2007 August 19, Philip Ebels, “In de wereld. Kuifje en de boze blogger”, in De Groene Amsterdammer:
      In 1997 al schreef een zestal vooraanstaande zogenoemde tintinofielen (onder wie Algoud) in de Franse krant Le Monde: ‘Uit geldhonger wordt elke cultureel-wetenschappelijke benadering van het patrimonium van Hergé onmogelijk gemaakt.’
      (please add an English translation of this quotation)