User:PUC/Lexical remnants of the genitive case in Dutch

• See Archaic Dutch declension

Dutch	English
dag des Heren	Lord's day
dag des oordeels	judgement day
engel des doods	angel of death
heer des huizes	head of household
hoorn des overvloeds	horn of plenty
jaren des onderscheids	age of discretion
luiheid is des duivels oorkussen	idle hands are the devil's workshop
plaats des onheils	crime scene
poel des verderfs	den of iniquity
scheiding der machten	separation of powers
slijk der aarde	filthy lucre
steen des aanstoots	stumbling block
tand des tijds	test of time
vader des vaderlands	father of the nation
vrouw des huizes	housewife

Dutch	English
Koninkrijk der Nederlanden	Kingdom of the Netherlands
Leger des Heils	Salvation Army

Dutch	English
zijns weegs gaan	to go one's way

Dutch	English
aller tijden	of all time
des duivels
des huizes	of the house, of the household, of the family
des doods

Dutch	English
desgevallend	if need be, if necessary
desondanks	this notwithstanding
desnoods	if need be, if necessary

Dutch	English
des avonds, 's avonds
des middags, 's middags
des morgens, 's morgens
des nachts, 's nachts
des ochtends, 's ochtends
des werelds, 's werelds	of the world, in the world
des winters, 's winters
des zomers, 's zomers

Dutch	English
in de goede zin des woords
in het zweet zijns aanschijns	by the sweat of one's brow
in naam der wet	in the name of the law
om des keizers baard	for laughs
willens en wetens	knowingly
zonder aanzien des persoons	indiscriminately
in de lijn der verwachting liggen	to be only to be expected