Dutch

edit

Pronunciation

edit
  • Audio:(file)

Participle

edit

beïnvloedend

  1. present participle of beïnvloeden

Declension

edit
Declension of beïnvloedend
uninflected beïnvloedend
inflected beïnvloedende
positive
predicative/adverbial beïnvloedend
beïnvloedende
indefinite m./f. sing. beïnvloedende
n. sing. beïnvloedend
plural beïnvloedende
definite beïnvloedende
partitive beïnvloedends

Anagrams

edit