Dutch edit

Pronunciation edit

  • (file)

Participle edit

geconserveerd

  1. past participle of conserveren

Declension edit

Inflection of geconserveerd
uninflected geconserveerd
inflected geconserveerde
positive
predicative/adverbial geconserveerd
indefinite m./f. sing. geconserveerde
n. sing. geconserveerd
plural geconserveerde
definite geconserveerde
partitive geconserveerds

Anagrams edit