Dutch

edit

Pronunciation

edit
  • Audio:(file)

Participle

edit

geconsumeerd

  1. past participle of consumeren

Declension

edit
Declension of geconsumeerd
uninflected geconsumeerd
inflected geconsumeerde
positive
predicative/adverbial geconsumeerd
indefinite m./f. sing. geconsumeerde
n. sing. geconsumeerd
plural geconsumeerde
definite geconsumeerde
partitive geconsumeerds