Dutch

edit

Pronunciation

edit
  • Audio:(file)

Participle

edit

gedateerd

  1. past participle of dateren

Declension

edit
Declension of gedateerd
uninflected gedateerd
inflected gedateerde
positive
predicative/adverbial gedateerd
indefinite m./f. sing. gedateerde
n. sing. gedateerd
plural gedateerde
definite gedateerde
partitive gedateerds