Dutch

edit

Pronunciation

edit
  • Audio:(file)

Participle

edit

gekalibreerd

  1. past participle of kalibreren

Declension

edit
Declension of gekalibreerd
uninflected gekalibreerd
inflected gekalibreerde
positive
predicative/adverbial gekalibreerd
indefinite m./f. sing. gekalibreerde
n. sing. gekalibreerd
plural gekalibreerde
definite gekalibreerde
partitive gekalibreerds