Dutch

edit

Pronunciation

edit
  • Audio:(file)

Participle

edit

geprojecteerd

  1. past participle of projecteren

Declension

edit
Declension of geprojecteerd
uninflected geprojecteerd
inflected geprojecteerde
positive
predicative/adverbial geprojecteerd
indefinite m./f. sing. geprojecteerde
n. sing. geprojecteerd
plural geprojecteerde
definite geprojecteerde
partitive geprojecteerds