Dutch

edit

Pronunciation

edit
  • Audio:(file)

Participle

edit

ontgassend

  1. present participle of ontgassen

Declension

edit
Declension of ontgassend
uninflected ontgassend
inflected ontgassende
positive
predicative/adverbial ontgassend
ontgassende
indefinite m./f. sing. ontgassende
n. sing. ontgassend
plural ontgassende
definite ontgassende
partitive ontgassends