op stang jagen
Dutch
editAlternative forms
edit- op de stang jagen (uncommon)
Etymology
editFrom stang (“bit (of a horse)”).[1]
Verb
edit- (transitive, idiomatic) make angry; rile
- Kom je hier nu enkel maar om mij wat op stang te jagen?
- Did you just come here to rile me up?
Inflection
editConjugation of op stang jagen: see jagen.
References
edit- ^ Onze Taal, "Op stang jagen".