Dutch

edit

Pronunciation

edit
  • Audio:(file)

Participle

edit

vloerend

  1. present participle of vloeren

Declension

edit
Declension of vloerend
uninflected vloerend
inflected vloerende
positive
predicative/adverbial vloerend
vloerende
indefinite m./f. sing. vloerende
n. sing. vloerend
plural vloerende
definite vloerende
partitive vloerends

Anagrams

edit