becijferend

Dutch

Pronunciation

• Audio:

  (file)

Participle

becijferend

1. present participle of becijferen

Declension

Declension of becijferend
uninflected	becijferend
inflected	becijferende
		positive
predicative/adverbial		becijferend becijferende
indefinite	m./f. sing.	becijferende
	n. sing.	becijferend
	plural	becijferende
definite		becijferende
partitive		becijferends

Anagrams

• becijferden