Dutch

edit

Pronunciation

edit
  • Audio:(file)
  • Rhymes: -eːnt

Participle

edit

ontleend

  1. past participle of ontlenen

Declension

edit
Declension of ontleend
uninflected ontleend
inflected ontleende
positive
predicative/adverbial ontleend
indefinite m./f. sing. ontleende
n. sing. ontleend
plural ontleende
definite ontleende
partitive ontleends

Anagrams

edit