overzichtelijk

Dutch

Etymology

From overzicht +‎ -lijk.

Pronunciation

• IPA^(key): /ˌoːvərˈzɪxtələk/

• Audio:

  (file)

Adjective

overzichtelijk (comparative overzichtelijker, superlative overzichtelijkst)

1. Conveniently and comprehensibly organized; not cluttered; not complicated

Inflection

Declension of overzichtelijk
uninflected	overzichtelijk
inflected	overzichtelijke
comparative	overzichtelijker
		positive	comparative	superlative
predicative/adverbial		overzichtelijk	overzichtelijker	het overzichtelijkst het overzichtelijkste
indefinite	m./f. sing.	overzichtelijke	overzichtelijkere	overzichtelijkste
	n. sing.	overzichtelijk	overzichtelijker	overzichtelijkste
	plural	overzichtelijke	overzichtelijkere	overzichtelijkste
definite		overzichtelijke	overzichtelijkere	overzichtelijkste
partitive		overzichtelijks	overzichtelijkers	—

Related terms

• overzicht