reddingsboot
Afrikaans edit
Etymology edit
From Dutch reddingsboot. Equivalent to redding + -s- + boot.
Pronunciation edit
Audio (file)
Noun edit
reddingsboot (plural reddingsbote, diminutive reddingsbootjie)
Dutch edit
Etymology edit
From redding (“rescue”) + -s- + boot (“boat”).
Pronunciation edit
Noun edit
reddingsboot f (plural reddingsboten, diminutive reddingsbootje n)
- A lifeboat, a boat to save people at sea or in deep internal waters
- De reddingsboot werd snel gelanceerd om de drenkelingen te redden.
- The lifeboat was quickly launched to rescue the drowning people.
- De bemanning van de reddingsboot riskeerde hun leven om de schipbreukelingen te redden.
- The crew of the rescue boat risked their lives to save the shipwreck survivors.
- De kustwacht ontving een noodoproep en stuurde onmiddellijk een reddingsboot naar de locatie.
- The coast guard received a distress call and immediately sent a lifeboat to the location.
Synonyms edit
Descendants edit
- Afrikaans: reddingsboot