Dutch edit

Etymology edit

From soort (type) +‎ gelijk (equal).

Pronunciation edit

  • (file)

Adjective edit

soortgelijk (comparative soortgelijker, superlative soortgelijkst)

  1. similar

Inflection edit

Inflection of soortgelijk
uninflected soortgelijk
inflected soortgelijke
comparative soortgelijker
positive comparative superlative
predicative/adverbial soortgelijk soortgelijker het soortgelijkst
het soortgelijkste
indefinite m./f. sing. soortgelijke soortgelijkere soortgelijkste
n. sing. soortgelijk soortgelijker soortgelijkste
plural soortgelijke soortgelijkere soortgelijkste
definite soortgelijke soortgelijkere soortgelijkste
partitive soortgelijks soortgelijkers

Descendants edit

  • Afrikaans: soortgelyk