Dutch

edit

Etymology

edit

Compound of wereld +‎ schokkend.

Pronunciation

edit
  • IPA(key): /ˌʋeː.rəltˈsxɔ.kənt/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: we‧reld‧schok‧kend

Adjective

edit

wereldschokkend (comparative wereldschokkender, superlative wereldschokkendst)

  1. earthshattering, shocking, of great import or consequence

Inflection

edit
Declension of wereldschokkend
uninflected wereldschokkend
inflected wereldschokkende
comparative wereldschokkender
positive comparative superlative
predicative/adverbial wereldschokkend wereldschokkender het wereldschokkendst
het wereldschokkendste
indefinite m./f. sing. wereldschokkende wereldschokkendere wereldschokkendste
n. sing. wereldschokkend wereldschokkender wereldschokkendste
plural wereldschokkende wereldschokkendere wereldschokkendste
definite wereldschokkende wereldschokkendere wereldschokkendste
partitive wereldschokkends wereldschokkenders