tussendoor
Dutch
editEtymology
editPronunciation
editAudio: (file)
Circumposition
edittussendoor
- in-between, through the middle of
- Je moet tussen de regels door lezen.
- You need to read between the lines.
Declension
editPronominal adverbs of tussendoor
circumposition | tussen ... door |
---|---|
postpositional adv. | tussendoor |
+ het (it) | ertussendoor |
+ dit (this) | hiertussendoor |
+ dat (that) | daartussendoor |
+ wat (what) | waartussendoor |
+ iets (something) | ergens tussendoor |
+ niets (nothing) | nergens tussendoor |
+ alles (everything) | overal tussendoor |
Adverb
edittussendoor