Dutch edit

Etymology edit

From gevoel (feeling) +‎ -ig (-y).

Pronunciation edit

  • IPA(key): /ɣəˈvuləx/
  • (file)

Adjective edit

gevoelig (comparative gevoeliger, superlative gevoeligst)

  1. sensitive
    Hij is een gevoelige jongen en raakt snel gekwetst.
    He is a sensitive boy and gets hurt easily.
    De babyhuid is veel gevoeliger voor irritaties dan de huid van volwassenen.
    A baby's skin is much more sensitive to irritations than an adult's skin.
    Dit is het gevoeligste onderwerp voor haar, dus wees voorzichtig met wat je zegt.
    This is the most sensitive topic for her, so be careful with what you say.

Inflection edit

Inflection of gevoelig
uninflected gevoelig
inflected gevoelige
comparative gevoeliger
positive comparative superlative
predicative/adverbial gevoelig gevoeliger het gevoeligst
het gevoeligste
indefinite m./f. sing. gevoelige gevoeligere gevoeligste
n. sing. gevoelig gevoeliger gevoeligste
plural gevoelige gevoeligere gevoeligste
definite gevoelige gevoeligere gevoeligste
partitive gevoeligs gevoeligers

Synonyms edit

Antonyms edit

Derived terms edit

Related terms edit

Descendants edit

  • Negerhollands: gevoelik

Anagrams edit